Hier kun je ons volgen in onze opzet om Mangalitza's te gaan fokken. We willen ze hier rond laten scharrelen op het land van onze boerderij (ruim anderhalve hectare) in Drenthe. Wij hebben ook nog ruim 25 pauwen, parelhoenders, kippen, nederlandse landgeiten en 2 groenendaelers en 3 tervuerense herders en een poes.

zaterdag 30 november 2013

alweer 3 jaar geleden

Vandaag is het precies drie jaar geleden dat we aankwamen op Schiphol vanuit China met ons kleine "varkentje" van 32 maanden oud, 80 cm en 15 kg. Inmiddels een grote vent van ruim 5 jaar, 118 cm en 25 kg dus goed "afgemest".



Onze Quintus
 
 

donderdag 21 november 2013

De heilige Sint-Antonius

Even een stukje geschiedenis voor diegene die niet weten wie Sint Antonius was.

Heel lang geleden, toen wij nog heidenen en varkens nog zwijnen werden genoemd, was er een jonge man Antonius. Antonius was geboren in 251 geboren als zoon van rijke christenen in Egypte. Toen hij op 20 jarige leeftijd beide ouders verloor, gaf hij al zijn bezittingen aan de armen en ging in de Sinaï-woestijn wonen.

Antonius leefde daar 20 jaar een kluizenaarsbestaan maar was ook een genezer.

Vele eeuwen later werd hij aangeroepen als beschermheilige van varkens en varkenshouders en zijn naamdag 17 januari is heel erg lang door onze voorouders in stand gehouden.

Antonius stierf in 356, op 105jarige leeftijd, hij werd op een geheime plaats begraven maar in 532 werd zijn graf ontdekt en zijn de stoffelijke resten naar Alexandrië overgebracht. De arabieren hebben in 704 zijn beenderen daar weer vandaan gehaald en herbegraven in Constantinopel. Van daaruit heeft de Franse pelgrim Jocelyn in 1070 de stoffelijke resten weer meegenomen naar de Franse Dauphine en daar heeft men toen een kerk gebouwd waarin Sint Antonius tot op vandaag de dag nog steeds ligt. Eindelijk zijn laatste rustplaats en al snel daarna ging de plaats St. Antoine heten en werd het een pelgrimsplaats voor mensen die aan de ziekte ergotisme leden. Deze ziekte werd veroorzaakt door de moederkoren een schimmel die op rogge voorkomt.

In 1095 werd de Orde van de Heilige Antonius opgericht, deze monniken waren de ziekenbroeders voor de mensen die aan ergotisme leden het werd daarna in de volksmond ook wel Sint-Antoniusvuur genoemd.

Het dieet voor de zieken bestond uit varkensvlees en een behandeling met kompressen van varkensvet. De Orde genoot veel aanzien, ontving veel geld en bouwde in heel Europa ziekenhuizen. De Antoniusbroeders verwierven in veel landen het recht om varkens te houden en deze varkens mochten ook vrij rondlopen, rondscharrelend door de straten overal wat te eten krijgen omdat de burgers ze graag deden voeren. Deze Antoniusvarkens hadden een belletje in het oor of om de hals zodat ze goed herkenbaar waren. Van 1095-1775 waren deze varkens een belangrijke inkomstenbron voor de Orde.

In 1500 kwam er een verbod voor loslopende varkens maar voor de Antoniusvarkens maakte men een uitzondering maar dan moesten ze wel geringd zijn, met bellen en een oor afgesneden. In 1517 werd in Haarlem zelfs nog een wet aangenomen dat verbood St-Antonie verckens  "te slaon noch te stooten".

Het lag dus voor de hand dat Sint-Antonius beschermheilige werd van het varken en dat kunstenaars hem altijd hebben afgebeeld met een varkentje.Tot onder zijn sterfbed zelfs tot voor de hemelpoort.

Sint Antonius waakt nog steeds over onze varkens en de houders, mits deze goed met de dieren omgaan mag ik aannemen, en ook over diegene die schrijven over varkens.

Het is dus wel duidelijk waarom ik dit stukje geschiedenis wilde vertellen, ik hoop dat Sint Antonius ook over mij en mijn gezin en al onze dieren waakt.

donderdag 14 november 2013

maandag 11 november 2013

Rotte

En dan niet als in appels ;). Nee een Rotte staat voor een groep en wel een groep wilde zwijnen dan wel varkens.

Het gedrag van mangalitza's lijkt in alle opzichten nog veel in dat van hun wilde voorouders. Als je de varkens de vrijheid geeft dan gedragen ze zich als zwijnen. Wilde zwijnen zijn groepsdieren, enkele zeugen (gezusters) van een zelfde worp vormen samen met hun frislingen en overlopers (oudere frislingen) een hechte familiegroep en die heet dus een Rotte.

Everzwijnen daarentegen leiden een eenzaam zwervend bestaan en sluiten zich alleen in de bronstijd bij de rotte aan. Terwijl bij de mangalitza's de beer juist wel bij de groep blijft en waakt over de frislingen.

 Misschien als ze echt in het wild zouden leven wellicht dat de jonge beertjes dan ook zouden worden verstoten en solitair door het leven moeten gaan totdat het weer bronstijd is. In gevangenschap moeten ze zich willens en wetens aanpassen met alle gevolgen van dien.

Tanden knippen, de staart couperen, castreren enz enz.



                                             De kudde Mangalitza's van Barbara in Ermelo

vrijdag 8 november 2013

Zoelen

Zoelen wat is nu weer zoelen en dan bedoel ik niet het plaatsje Zoelen in de Betuwe ;)

Nee zoelen is letterlijk een modderbad nemen om af te koelen en te beschermen tegen insekten en ander ongedierte.

 

Varkens moeten de beschikking hebben over een vennetje of plassen en dan niet alleen om uit te drinken maar ook voor het nemen van een heerlijk modderbad. Het "zoelen" dient ter verkoeling, omdat varkens en wilde zwijnen heel slecht tot niet kunnen zweten.

Bij warm weer wordt dan ook veel meer gezoeld dan bij koud weer. De modderkorst die door het zoelen op de huid ontstaat, geeft de varkens bovendien een goede bescherming tegen vliegen en muggen. Door hun korte nek en staart zijn ze namelijk slecht instaat om insecten te verjagen.

Modder helpt daarin tegen ook goed tegen parasieten, omdat deze vast komen te zitten (zoals luizen) en stikken (zoals mijten) en als de modder dan is opgedroogt gaan ze opzoek naar bomen of andere schuurplaatsen waaraan ze zich dan lekker gaan schuren.

Frislingen leren van hun moeder al in de tweede week na de geboorte om te zoelen en te schuren.

Het is prachtig om te zien hoe ze zich onderdompelen en genieten van het bad.






vrijdag 1 november 2013

Van ei tot embryo



 Na 3 maanden, 3 weken en 3 dagen dus ca 116 dagen worden de kleine mangaliza's geboren en gaan gelijk bij moeders drinken. Gemiddeld tussen de 4 en 8 biggen, de zeug heeft 10 tepels waardoor er altijd wel een plekje te vinden is.